Rietdijk: “We krijgen nu meer weerstand dan vorig jaar”

Nu de competitie onderweg is vroegen we twee weken geleden trainer Carlo Rietdijk naar zijn verwachtingen voor dit seizoen in de 1e klasse. “Het is wennen. Het is een niveau hoger, het gaat sneller. Alles wordt meer op details beslist,” aldus Carlo.

“In de 2e klasse was het vaak fysieker; nu speel je tegen teams die zowel tactisch als technisch goed onderlegd zijn. Duidelijk een hoger niveau, maar wel een mooi niveau om jezelf op door te ontwikkelen. Daarom is het mooi dat we gepromoveerd zijn. We zullen zo met elkaar beter worden, maar beter worden kost gewoon even tijd.”

Waaraan merk je dat hogere niveau?
“We krijgen nu meer weerstand tegen betere tegenstanders en dan zie je gewoon dat elk klein foutje kan worden afgestraft. Het is nu vooral belangrijk hoe je staat, hoe heb je de organisatie staan op het veld? Dat verandert natuurlijk snel als je tegen een goede ploeg speelt. Je krijgt nu meer positiewisselingen, moet adequater reageren en sneller handelen. Daar moet je dus aan wennen. Die gewenning is de fase waar we nu in zitten. Daar moeten we stapjes in maken, maar dat doen we ook al vind ik.”


De wedstrijd tussen Leeuwarder Zwaluwen en Broekster Boys.

Er zijn nu drie wedstrijden (inmiddels 5, red.) gespeeld, hoe kijk je daar op terug?
“Drie wedstrijden gespeeld, vijf punten en dus nog niet verloren. Op zich is dat mooi. Als je de lijn van vorig seizoen doortrekt zijn we nu 20 wedstrijden ongeslagen. Dat is een mooi resultaat, daar zijn de jongens ook blij mee. Ik ben vooral heel tevreden met de teamontwikkeling, ook met de nieuwe jongens er bij; we maken stapjes.”

Is het team sterker dan vorig seizoen?
“We hebben nu een bredere basis. Dit betekent dat de jongens die niet spelen in principe gewoon basisspelers zijn. Het is vooral nog een beetje zoeken om wekelijks de juiste balans op het veld te vinden. Dat heeft ook te maken met de tegenstander en de weerstand. Waar kies je dan voor? Hier willen we met zijn allen beter in worden en iedereen doet daar ook zijn stinkende best voor.”

Wat zijn je verwachtingen?
“We moeten natuurlijk wel zoveel mogelijk punten pakken. Je moet beter worden, maar ook resultaten behalen. Daar waar we vorig seizoen in wedstrijden grotendeels het balbezit hadden, hebben we dat dit seizoen ook wel eens even niet. Nu gaat het er dus om hoe gaan we er mee om als de tegenstander de bal heeft, hoe zetten we druk? Hoe reageren we daarop en hoe is de samenwerking tussen de linies?”

Carlo Rietdijk tijdens het seizoen 2018-2019.

Vorig seizoen begon niet zo goed…
“Klopt, je groeit altijd in een seizoen. Je maakt elkaar beter, daar is ook vertrouwen voor nodig en soms is daar ook verlies voor nodig. Als je alleen maar alles wint dan heb je vaak ook het idee dat je alles goed doet. Natuurlijk heeft het ook met tegenstanders te maken. Dit seizoen spelen we bijvoorbeeld tegen teams die echt met spelersbudgetten werken, dan kun je er wel vanuit gaan dat die behoorlijk wat in de melk te brokkelen hebben. Die hebben kwalitatief betere spelers en dan gaat het er dus om wie het betere team heeft.”

Wat maakt een team beter?
“Wij willen als team groeien en daar horen ook de jongens bij die de afgelopen weken wat minder gespeeld hebben; zij gaan ook hun minuten nog wel maken. Dit is een proces. Dat is een term die je wel vaker hoort, maar we moeten elkáár beter maken. Daar zitten we midden in. We hebben wat jongens er bij gekregen die kwalitatief wat toevoegen aan de groep en ook als persoon prima bij de club passen. Daar zijn we echt heel blij mee. Dat zie je ook wel terug: het is nu al een eenheid. Vanuit die eenheid kunnen we als team beter worden. Als het allemaal losse eilandjes zijn kun je trainen wat je wilt, maar wordt het niks.”

En dit seizoen?
“We moeten realistisch zijn. We spelen in een hogere competitie met goede tegenstanders, die misschien beter zijn dan wij, maar toch kunnen we er van winnen. Het is denk ik een competitie die dicht bij elkaar ligt. Het wordt een pittig seizoen. We moeten leren volwassen voetbal te spelen en 90 minuten alles te geven.”